De geschiedenis van microdosing
De geschiedenis van microdosing begint niet in deze eeuw, nu er meer onderzoek naar de effecten wordt gedaan. Mensen gebruiken paddenstoelen en andere psychedelische stoffen al duizenden jaren. Deze hielpen hen zich verbonden voelen te met het leven om hen heen en om verhelderende en voorspellende visioenen te krijgen. Tegenwoordig gebruiken we microdoseringen van psychedelische middelen voor onze gezondheid. Door wetenschappelijk onderzoek krijgen we steeds meer inzicht in de werking van deze stoffen.
Microdosering in een grijs verleden
De evolutietheorie zegt dat de sterkste overleeft en dat we op die manier bovenaan de voedselketen kwamen te staan. Terence McKenna heeft nog een andere interessante theorie, namelijk de Stoned Ape Theory. Hij beweerde dat de eerste mensen jagers en verzamelaars waren, die achter kuddes dieren aan trokken. Ze aten vlees, maar ook planten en vruchten. Zo zullen ze ook waarschijnlijk paddenstoelen hebben gevonden. Niet alleen gewone, voedzame, maar magische.
Het is niet precies bekend wat onze voorouders begrepen van deze paddenstoelen, maar het effect zullen ze wel gevoeld hebben. McKenna suggereert dat de magic mushrooms de evolutie van de hersenen van deze vroege mensen een zetje zou hebben gegeven. De mens werd zich meer bewust van zichzelf. Paddo’s waren de aanzet tot het ontstaan van wetenschap, religie, filosofie en dus van de hele menselijke cultuur. Dit is natuurlijk lastig om te bewijzen, maar klinkt ook niet al te vergezocht.
Recent onderzoek naar microdosing
Microdosering betekent dat je minuscule hoeveelheden van een psychedelisch middel neemt. Het gaat dan om een tiende van de normale hoeveelheid. Je neemt deze microdosering niet om high te worden, maar om de subtiele positieve effecten die het middel kan hebben op je gezondheid. De meeste mensen doen het om meer energie te krijgen of omdat het helpt tegen angsten. Door te microdoseren profiteer je wel van de voordelen, maar verandert er niets aan je functioneren of je bewustzijn.
Bekende onderzoekers
Eind negentiende eeuw begon het eerste onderzoek naar psychedelica. In eerste instantie was dat naar mescaline (een stof uit bepaalde cactussen). Later kwam er interesse naar microdosing, vooral met psilocybine en LSD. In de jaren zestig was dokter Alfred Hofmann een voortrekker in dit onderzoeksgebied. Hij paste zijn kennis zelf ook toe en nam zelf microdoseringen. Hij werd 102 jaar oud, dus slecht voor zijn gezondheid was het niet.
James Fadiman was een andere voorstander van het gebruik van microdoses psychedelica en het onderzoek naar de effecten ervan en of dit in toekomst gebruikt kan worden als een medische toepassing. Hij gaf aan dat verschillende hoeveelheden van psychedelische middelen verschillende doelen hebben. Een hoge dosis is geschikt als je een spirituele ervaring wilt hebben. Lage, microdoseringen kun je inzetten als een supplement, een middel dat je helpt in je dagelijks leven. Tijdens zijn jarenlange onderzoek heeft hij duizenden verslagen verzameld, waaruit duidelijk wordt dat microdosing met psychedelica kan helpen om creativiteit te verbeteren, afhankelijkheid van verslavende middelen kan verminderen, tegen hoofdpijn werkt en angsten vermindert.
Helaas werden zowel LSD als Psilocybine beiden verboden door de UN Convention on Psychotropic Substances in 1971. Waar psychedelica in de jaren zestig populair waren en veel gebruikt werden, veranderde de publieke opinie. Onderzoek naar deze middelen werd niet onmogelijk, maar wel moeilijk. In de jaren ‘90 en 2000 zijn er maar enkele onderzoeken gedaan naar psilocybine. Het meeste onderzoek naar deze middelen is de laatste vijftig jaar ondergronds gedaan.
Toegenomen interesse in microdosing
Gelukkig veranderen de tijden ook weer. In deze eeuw is er weer een toegenomen interesse in microdosing en wordt er opnieuw meer onderzoek naar gedaan. Zowel jongeren als ouderen gebruiken microdoseringen om hun mentale en fysieke gezondheid te ondersteunen. Er worden boeken over geschreven en mensen vertellen online en in tijdschriften over hun ervaringen.
Fadiman is ook onderzoek blijven doen. Iedereen die interesse in microdosing toont, kan van hem een formulier met een microdosing routine opgestuurd krijgen. Hij vraagt hen om de effecten te noteren en hij krijgt de resultaten opgestuurd. Zo heeft hij dus een enorme hoeveelheid gegevens verzameld: over wat het met hun stemming doet, hoeveel energie ze hebben, veranderingen in eetlust of creativiteit.
Fadiman concludeert dat de invloed van microdosing dan subtiel mag zijn (het wordt ook wel sub-perceptueel genoemd), maar het heeft wel degelijk invloed. “Het lijkt wel alsof microdosing het systeem weer in balans brengt. Het heeft invloed op zoveel verschillende klachten en symptomen.” Het kan inwerken op je zenuwstelsel, de hersenstam, het kan zijn dat het zelfs op celniveau effect heeft, zegt hij.
Zoals gezegd gaan steeds meer mensen aan de slag met microdosing. Fadiman, maar ook anderen, geven wel aan voorzichtig te blijven. Het is in principe veilig, maar iedereen reageert anders. Klik op de link voor de bijwerkingen en risico’s. Van alle verslagen die Fadiman binnen kreeg, waren alle deelnemers positief, maar er waren 5 mensen die een negatieve ervaring hadden. Ook kan het zijn dat je goed reageert en je beter voelt als je microdoseringen neemt, maar dat je klachten terugkomen als je stopt.
Onderzoeksresultaten
Hoewel er veel positieve verhalen over microdosing te vinden zijn, is er nog niet zoveel klinisch onderzoek gedaan. Fadimans gegevens berusten op persoonlijke verslagen. Klinisch onderzoek is toch belangrijk om duidelijk te krijgen wat de effecten zijn, zowel bij kort- als langdurig gebruik. En microdosing lijkt veelbelovend, dus het is maar goed dat er meer interesse voor is.
Enkele recent gepubliceerde onderzoeken lijken de beweringen van gebruikers wel te onderschrijven. Een onderzoeksteam in Australië heeft voorlopig bewijs gevonden dat het placebo effect niet alle veranderingen kan veroorzaken, die microdosers hebben gerapporteerd. Ook in Nederland is onderzoek gedaan, waaruit bleek dat een enkele, niet-blinde dosering van magische truffels convergent en divergent denken bevordert. Het zijn positieve geluiden, maar dit zijn slechts kleinschalige onderzoeken. Het is een stap in de goede richting, maar hopelijk volgen er nog vele grotere stappen.